anti web outing?

Of het een momentopname is, weet ik niet, op zijn minst een moment dat al even duurt. Anyway, ik gooi een boompje, rant ahead, betreden op eigen risico. Struikel niet in mijn kippenhok.

Een chat met een goede vriend die zich van al dat modieus geweld beter kan afschermen dan ik, triggert dit wel even.

Ik begin al dat web gedoe wat beu te worden.

Een beetje bloggen, tot daar aan toe.

Maar mijn feed-eater zit al enkele maanden overvol. Iemand blogde onlangs dat een overvolle rss-bak er net voor zorgt dat je die zo snel mogelijk wil ontvetten, en je je uiteindelijk veel sneller verveelt omdat je erna niets meer te doen hebt.

(Nee, ik zou niet meer weten wie dat was. En ondangs al die webtools zou ik niet weten hoe ik moet terugvinden wie dat was. Ik wil er ook niet aan beginnen zoeken, want dan ga ik steevast afgeleid worden door een hoop meta-results, die me tot het achtste onooglijke knoopsgat zou leiden, waar ik twee uur later niet meer zou weten wat ik eigenlijk zocht.)

Vandaag was dan weer een piek in nieuwe twitter-volgelingen. Van de 5 heb ik er 1 toegevoegd. Eerste indruk en zo van hun blog. Weer een rss-feed erbij dus.

Er zijn gewoon zodanig veel blogs tegenwoordig dat er veel gewone dingen tussen zit, en die crap is in. En meeloper die ik ben schift ik niet dus. Klikkerdeklik add-feed. Zo’n hoer ben ik dus wel. In plaats van gewoon eens aan de tv te zuigen. En intussen lopen de cafés leeg.

En als de feedreader ontvet is, dan toch eens zien wat er op twitter voorbijgekomen is. Zie maar eens dat er ergens iets was waar ik denk iets nuttigs te kunnen op antwoorden. Kan ik mijn imaginaire status weer wat optrekken, totdat men ook de meta verhaaltjes van die twitteraars begint te verwerken, dan krijg ik daar misschien ook een widget voor. Maar bloggen over bloggen is in feite zoooo vorig jaar. Nooit gedaan eigenlijk. Participatie moet je tegenwoordig analyseren, niet eraan meedoen. En pas op hé, dan ben ik nog oubollig, ik kan maar meespreken tot een beetje twitteriaans. En wat win ik daar dan aan?

Nee, ik volg te veel marketeers. Of media waar marketeers geil van worden. Sorry. Internet. Venture Capitalists bedoel ik. Of zoiets. Hip. Geef mij maar ‘hips’ eigenlijk. The invasion of the market snatchers?

Wanneer de dot web bubble dus? Nee, ok, zo’n vaart zal het niet lopen. Denk ik. Maar toch. Ze overdrijven een beetje. Web is nog steeds te traag. Centrale config en data, en dat is handig, zeer zeker. Maar meestal een even stomme gesloten api gelijk waar de gouden medaille stoelen werpen op kickt. Maar vooral niet echt snappy. Het idee van de netwerkcomputer server based computing cloud computing, pas op hé, ik geloof erin, het idee sprak me al aan al van toen ik een browser begon te gebruiken. Maar get real, zoveel valt er niet over te zeggen. Altijd de hele klerzooi heruitvinden. Zimbra-web is beretraag en Outlook is King Emperor in de bedrijfswereld.

En die verhaaltjes van de jonge generatie, ok, er komt verandering, no doubt. Maar niet zo snel.

Misschien moet ik mijn usenet client weer eens opengooien. Lekker elitair zal ik maar denken. Maar ‘t is dat oog van de naald hé. ‘k Heb er de moed niet voor denk ik. ‘t Blijft informatica. Een van de weinige beroepen waar je niet hoeft voor te studeren. Met de auto rijden, ja, dat moet je kunnen. Maar een wireless router configureren? Doe maar jong, iemand van Radio 1 komt je wel vertellen of je goed bezig bent.

Enfin, of om Robert Lamoureux te citeren:

Mais pas si vite!

En intussen heb ik me weer ferm onledig bezig gehouden. Soms snap ik zoiets. Nu ja, my shrink zal dat goed vinden. ‘k Zou beter eens gaan biljarten. Of bollen. En bier leren drinken.

Categories: All 0 comments