Over software patenten en wat er anders aan is

Koen Vervloesem post een follow-up, op een comment waar ik stelde dat ik enerzijds niets heb tegen patenten en octrooien an sich, maar dat die in het specifieke kader van software wel een probleem stellen, terwijl ik het anderzijds moeilijk vond exact te omschrijven waarom dat in het geval van software patenten zo anders is.

Koen geeft nu een – althans voor mij – redelijk nieuwe invalshoek om deze problematiek te omschrijven, en stelt zich de vraag, waar het verschil ligt tussen mens en computer, en waarom die computer meer aan banden zou mogen gelegd worden door software patenten, dan de mens zelf, om te concluderen dat dat verschil nu net heel moeilijk vast te leggen is.

Alan Turing bewees reeds eerder dat wat een computer kan, principieel ook door aan mens kan. Tegenwoordig zou dat wel extra lang duren, maar het theoretische model van de Turing machine houdt nog stand. Het principe van het uitvoeren van een wiskundige berekening, door een machine, kan evenzeer door een mens gebeuren.

Overtreedt je het mp3 patent als je met pen en papier een mp3 bestand decodeert? En als je ook een rekenmachine gebruikt? En als je dat wat verder automatiseert door in die rekenmachine wat eenvoudige routines te programmeren? Vanaf wanneer schendt je het patent?

Software patenten leggen beperkingen op, aan computers, voor zaken die zo fundamenteel zijn, dat deze niet evenzeer aan een mens zouden mogen opgelegd worden. Maar waar trek je de lijn tussen mens en machine? Niet zo evident als het op het eerste zicht lijkt, maar software patenten leggen eigenlijk evenzeer beperkingen op aan hoe mensen denken. En dit is niet netjes dus.

Maar lees vooral Koens Artikel.

Categories: All 0 comments